Nieuwsoverzicht

14-12-2016

Beste leerlingen, beste docenten,

18 en 25 januari 2017 naderen al met rasse schreden en voor sommigen van jullie vallen deze data samen met de (voorbereiding van de) toetsweek. We hopen dat jullie inmiddels begonnen zijn met het lezen van de pensa voor de tweede ronde.

Inmiddels kunnen we jullie melden hoe deze dagen eruit zullen zien. Beide wedstrijden worden gehouden op het Stedelijk Gymnasium Johan van Oldebarnevelt in Amersfoort dat op loopafstand van station Amersfoort is gelegen. De inloop is vanaf 13.30 uur en de wedstrijd start om 14.00 uur. De wedstrijd is rond 16.45 uur afgelopen.

In het eerste deel (van 14.00 - 15.20 uur) zullen de kandidaten onderworpen worden aan vragen over een passage uit het pensum. Dit is in de lijn van de oude Klassieke Olympiade Grieks. Er worden vragen gesteld op het gebied van tekstbegrip, maar ook over de grammatica, Grieks/Latijn in het Nederlands en er zal een aantal regels uit de passage vertaald moeten worden. Voor Latijn geldt dat de leerlingen ook bekend moeten zijn met de metriek van het elegisch distichon, aangezien het poëzie betreft. We bevelen alle kandidaten dan ook aan om nog eens te kijken naar de oude opgaven op onze website.

Het tweede deel (15.30 - 16.45) gaan de leerlingen aan de slag met een schriftelijke creatieve verwerking die aansluit op het gelezen pensum. Voor Latijn wordt globale kennis van de Odyssee bekend verondersteld.

Alle kandidaten nemen zelf een woordenboek Latijn of Grieks mee, bij voorkeur dat van Pinkster of Hupperts. Net als bij het Centraal Examen zullen woorden die niet in het woordenboek van Hupperts voorkomen, worden geannoteerd. Docenten kunnen het gemaakte werk van de leerlingen voor aanvang van de wedstrijd per email aanvragen. Het werk zal dan gescand worden en na afloop toegezonden worden. Er wordt geen correctiemodel verstrekt, de opgave wordt wel openbaar gemaakt.

Tijdens de wedstrijdmiddag is voor eventueel meegereisde docenten geen officieel programma voorzien. Jeroen Vis heeft aangeboden om op 25 januari een les Lineair B te geven. Mocht iemand met zijn leerling meereizen naar de tweede ronde Latijn en het aardig vinden om een workshop te geven, wordt hij hiertoe van harte uitgenodigd. Graag is de organisatie hiervan vooraf op de hoogte i.v.m. het regelen van een lokaal en andere voorzieningen.

Graag verwijzen we leerlingen en docenten naar het groepsretour van NS. Voor 55 euro reizen 4 personen retour naar Amersfoort, elke volgende persoon (tot en met 10) kost 2,50 euro. Dit groepsretour kan ook gecombineerd worden met andere scholen in andere steden. Docenten worden aangespoord dit zelf te regelen.

Tot slot willen we alle deelnemers van de eerste en tweede ronde uitnodigen voor de feestelijke finalemiddag op zaterdag 11 maart 2017 in het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden. I.v.m. de capaciteit zouden we wel graag vooraf per mail een aanmelding ontvangen.

Met vriendelijke groet,

 

De organisatie van de Klassieke Olympiaden


29-10-2016

Nu de herfstvakantie achter de rug is en de meeste scholen zich opmaken voor een toetsweek, stromen ook de scores van de deelnemende scholen voor de eerste ronde Latijn en Grieks binnen. Op 9 november moeten alles scores binnen zijn.

Ondertussen hebben wij ook een nieuwe school bereid gevonden om ons te ontvangen voor de tweede rondes die centraal afgenomen worden. Het Stedelijk Gymnasium Johan van Oldenbarnevelt in Amersfoort zal op twee woensdagen in januari de veertig beste kandidaten Latijn en Grieks welkom heten en de deelnemers de gelegenheid bieden om in alle rust aan de nieuwe opgaven te werken. De beste kandidaten per vak zullen op 14 november bekend gemaakt worden en de docenten zullen hierover een e-mail ontvangen.

 

 

De tweede rondes zijn als volgt gepland:

  • Latijn op woensdag 18 januari 2017
  • Grieks op woensdag 25 januari 2017

De precieze tijden zullen nog gecommuniceerd worden, maar uitgegaan wordt van 14.00 tot 17.00 uur.

We wensen de laatste deelnemers aan de eerste ronde nog veel succes met het maken van de toets.

De organisatie van de Klassieke Olympiaden


04-10-2016

Ook de Klassieke Olympiaden voor de volwassenen zijn gestart! Classici, studenten Klassieke Talen en mensen met een gymnasiale opleiding of andere belangstellenden voor de Klassieke Talen kunnen zich buigen over twee vertaalopgaven. De passage voor Latijn is van Aulus Gellius en gaat over een zekere Sertorius die als leider met een leugen het gezag over zijn onderdanen weet te bewaren. De Griekse tekst komt van de hand van Ploutarchos waarin hij vertelt over de vermoedelijke oorzaak van de grote aardbeving in Sparta in 464 v. Chr. en de wraak van Demokrita die hieraan ten grondslag zou liggen.

De jury verwacht vertalingen in correct Nederlands, waarin de nuances van de brontekst adequaat worden weergegeven. Vertalingen waarvan het Nederlands ook literair verzorgd is maken meer kans op bekroning. Let op: bewerkingen en creatieve eigen versies van het verhaal worden uitgesloten. In een Nederlandse vertaling wordt met alle elementen van de originele tekst iets gedaan, en staan in principe geen toegevoegde elementen, anders dan vanuit de noodzaak van het Nederlandse taaleigen. Als model voor literaire vertalingen kan men denken aan vertalingen in boekvorm zoals recent uitgegeven bij Athenaeum - Polak & Van Gennep, Historische Uitgeverij, Damon enz.

U kunt uw vertaling per e-mail inzenden tot 1 februari 2017 naar het adres: klassiekeolympiaden@gmail.com.

De verenigingen stellen naast eeuwige roem, die de winnaars van deze Klassieke Olympiaden ten deel valt, prachtige prijzen in de vorm van boeken beschikbaar.


11-09-2016

Beste docenten Klassieke Talen,

Vanaf nu kunt u uw klas(sen) via deze website aanmelden voor de eerste ronde van de Klassieke Olympiaden Grieks en Latijn. Deze Olympiaden zijn in feite bedoeld voor de leerlingen uit klas 5 in verband met het vervolg van de Klassieke Olympiaden.

Na aanmelding krijgt u binnen een week de opgaven via de mail toegestuurd. U heeft tot en met woensdag 9 november de tijd om de toetsen in uw klas af te nemen, na te kijken en de scores naar ons te mailen. Resultaten die na 9 november bij ons binnenkomen, worden niet meer in behandeling genomen. Denkt u eraan bij het uitdraaien van de opgaven dat deze in kleur worden verstrekt aan de leerlingen. Voor de toets, die niet voorbereid hoeft te worden, mogen maximaal 50 minuten uitgetrokken worden. Het gebruik van een woordenboek Grieks-Nederlands / Latijn-Nederlands is bij deze eerste ronde toegestaan, zoals bij het eindexamen. Wij verzoeken u om de scores van alle deelnemende leerlingen in het door ons aangeleverde excelformat te mailen naar klassiekeolympiaden@gmail.com. Voorts vragen wij u de opgaven pas na 9 november met de leerlingen te bespreken.

De organisatie maakt in de week van 14 november bekend via de website en een mail naar de docenten van de deelnemende leerlingen welke veertig leerlingen er per taal uitgenodigd zijn voor de tweede ronde. De tweede ronde is anders van opzet dan de eerste: voor de tweede ronde is door de organisatie bij zowel Grieks als Latijn een pensum samengesteld van circa honderd regels. Dit pensum kan zelfstandig bestudeerd worden of in de klas gelezen worden, ook als geen enkele leerling van uw school geselecteerd is voor de tweede ronde. Dit pensum, passages over Polykrates bij Herodotus en Ovidius' brief van Penelope aan Odysseus, is te downloaden van de site www.klassiekeolympiaden.nl.

In januari vindt deze tweede ronde plaats op een locatie, zo centraal mogelijk gelegen. Grieks en Latijn zullen op twee verschillende dagen worden afgenomen, zodat het mogelijk is dat een leerling aan beide wedstrijden deelneemt. De veertig deelnemers aan de tweede ronde zullen eerst vragen beantwoorden over het gelezen pensum. Na een korte pauze zullen zij aan de slag gaan met een creatieve/vrije opdracht die betrekking heeft op dit pensum. Het geheel zal maximaal 2,5 tot 3 uur duren.

De jury zal al het werk beoordelen en aan de hand hiervan de beste drie per taal selecteren. Over de uitslag zullen geen verdere mededelingen gedaan worden dan het bekend maken van de drie finalisten. Deze bekendmaking zal geschieden via de website en een mail aan de docenten van de deelnemers.  

De finale zal plaatsvinden op zaterdag 11 maart 2017 in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Daar zullen de drie finalisten Grieks en drie finalisten Latijn mondeling ondervraagd worden over een van tevoren bestudeerd pensum van circa vijftig regels dat aansluit bij het pensum van de tweede ronde.

Aan het tijdspad en het niveau van de opgaven is te zien dat klas 5 onze doelgroep is: voor klas 4 is dit gemiddeld genomen (veel) te moeilijk. Zesdeklassers zullen het pensum van de tweede ronde en de finale zelfstandig voor moeten bereiden, wat wellicht problemen oplevert in het drukke eindexamenjaar.

Nog even alle belangrijke data op een rijtje:

  • uiterste inzenddatum scores eerste ronde: 9 november 2016
  • bekendmaking deelnemers tweede ronde: week van 14 november 2016
  • tweede rondes op nader bekend te maken locatie: januari 2017
  • finale in het RMO in Leiden: 11 maart 2017

Mochten er vragen zijn, neemt u gerust contact op met de organisatie van de Klassieke Olympiaden via klassiekeolympiaden@gmail.com.

Met vriendelijke groet,

Alwies Cock
Annemieke Dijkmans-Pas
Sylvia de Jong
Simon Veenman
Danny Veldhoven
Yvonne Wittingen


07-07-2016

Zoals aangekondigd publiceren wij voor aanvang van de zomervakantie de pensa Latijn en Grieks van de Klassieke Olympiaden 2016-2017. We hebben dit jaar teksten uitgekozen die door leerlingen zelfstandig, maar ook in de les met begeleiding van de docent kunnen worden gelezen. Voor Latijn hebben we gekozen voor een heldinnenbrief van Ovidius: Penelope schrijft aan Odysseus. We stellen naast de tekst ook annotaties en een achtergrondverhaal bij de Trojaanse oorlog beschikbaar. Leerlingen met Grieks kunnen zich buigen over twee passages uit het werk van Herodotus' Historiën: Polykrates en de ring. Omdat dit pensum in het ionisch dialect is geschreven, stellen we naast de tekst en annotaties ook een taaleigen beschikbaar. Daarnaast is er nog een inhoudelijk commentaar bij deze tekst opgesteld. De teksten zijn geannoteerd op het niveau van de vijfde klas Latijn en Grieks.

Zoals u wellicht vernomen heeft, start de organisatie met een tweede cyclus van vier jaar Klassieke Olympiaden. We hebben ervoor gekozen om de opzet van de olympiaden aan te passen: de belangrijkste aanpassingen zijn dat leerlingen voor Latijn en Grieks hetzelfde doen en dat we starten met een ronde op school. Docenten die hun leerlingen aan deze ronde op school willen laten deelnemen, kunnen zich na de zomervakantie opgeven via onze site. Tijdens deze eerste ronde worden de deelnemers gedurende 50 minuten ondervraagd over een ongeziene passage in de trant van de Europese examens Latijn en Grieks. Het gebruik van een woordenboek is hierbij toegestaan. In 2017 worden de veertig beste kandidaten per taal uitgenodigd om deel te nemen aan de landelijke wedstrijd die bestaat uit een ondervraging over de gepubliceerde pensa. Het accent zal hierbij liggen op de kennis van de taal en de inhoud van de uit het pensum opgenomen passage en tot besluit maken de leerlingen een verwerkingsopdracht. Dit alles is vergelijkbaar met de wedstrijden Grieks, zoals die tot en met 2016 zijn gehouden.

Begin september volgt een email waarin scholen worden uitgenodigd zich aan te melden voor de eerste ronde van de Klassieke Olympiaden Latijn en Grieks op school.

Een heel fijne zomervakantie,

Het organiserend comité van de Klassieke Olympiaden Latijn en Grieks


07-07-2016

Hieronder is een overzicht van de pensa van de Klassieke Olympiaden Latijn scholieren:


22-06-2016

Verslag Finale Klassieke Olympiaden Latijn, 9 april 2016

De tekst voor de vertaalwedstrijd van het NKV voor het jaar 2016 was het volgende epigram van Martialis (IX 68):

Quid tibi nobiscum est, ludi scelerate magister,
    invisum pueris virginibusque caput?
Nondum cristati rupere silentia galli:
    Murmure iam saevo verberibusque tonas.
Tam grave percussis incudibus aera resultant,        5
    causidicum medio cum faber aptat equo:
mitior in magno clamor furit amphitheatro,
    vincenti parmae cum sua turba favet.
Vicini somnum – non tota nocte -  rogamus:
    Nam vigilare leve est, pervigilare grave est.    10
Discipulos dimitte tuos. Vis, garrule, quantum
    Accipis ut clames, accipere ut taceas?

De kandidaten mochten de ruim geannoteerde tekst gedurende een half uur bestuderen, en daarbij ook gebruik maken van hun woordenboek. De ondergetekenden, die de jury vormden, hebben de kandidaten een half uur ondervraagd en waren aangenaam verrast door de kwaliteit van hun vertaling en het begrip van de tekst waarvan zij blijk gaven.  Echt storende fouten waar het begrip van het hele gedicht onder leed kwamen niet voor. De eerste vier regels over de ochtendlijke herrie uit het 'schoollokaal' (waarschijnlijk een door gordijnen afgeschut deel van een galerij)  leverden geen problemen op. Ook was het interessante detail dat er kennelijk ook meisjes in de klas zaten (r. 2) niet onopgemerkt gebleven. De moeilijkheden begonnen in de twee vergelijkingen in de regels 4 t/m 8. Dat brons luid weergalmt als er op het aambeeld geslagen wordt (r. 4) was wel duidelijk, maar wat deed de smid met die advocaat (causidicus) en dat paard? Slechts één van de drie had direct begrepen dat het hier ging om de vervaardiging van een ruiterstandbeeld. Ook r.6 over de toejuichingen van een gladiator met een klein schild (parma) door zijn eigen fans (sua turba) was niet bepaald eenvoudig.  In het (schijnbaar) simpele slot van het gedicht (r. 9-12) leverde alleen de laatste zin problemen op, omdat aan quantum een verzwegen tantum ontleend moest worden om de constructie te begrijpen. Het verband tussen het slot 'wil jij, praatjesmaker, soms net zoveel van ons krijgen om te zwijgen als je krijgt om te schreeuwen?' en het begin 'wat wil je eigenlijk van ons,  ellendige schoolfrik?' had geen van de kandidaten gezien.

Wat ons naast de kwaliteit van de vertaling opviel, was de geestelijke lenigheid waarmee de kandidaten reageerden op onze vragen en suggesties. Ook gaven zij blijk van een behoorlijk surplus aan kennis over de auteur Martialis, het genre en de cultuurhistorische achtergrond. Het metrisch lezen van het gedicht lukte heel aardig en een van de dames verraste ons  zelfs met een technische opmerking over een caesuur. Het is duidelijk dat we geen juichende conclusies uit deze ervaring mogen trekken omdat we evident drie uitblinkers voor ons hadden, maar het blijft verheugend te zien dat er nog steeds leerlingen zijn die topprestaties leveren. Na enig wikken en wegen zijn de prijzen als volgt verdeeld:
1e prijs Anja Oomis (Stedelijk Gymnasium, Nijmegen)
2e prijs Lisanne Overduin (Marnix Gymnasium, Rotterdam)
3e prijs Willeke Smit (De Passie, Rotterdam)

D. den Hengst en J. van Waarden, de juryleden voor Latijn


10-05-2016

Deze passage gaat over Liber (Bacchus), de zoon van Jupiter uit een buitenechtelijke relatie, die door een boze Juno met listigheid uit de weg wordt geruimd, als zijn vader op reis is. Hij wordt vermoord en in stukken gesneden. Zijn lichaamsdelen worden gekookt en opgegeten om elk spoor van de misdaad uit te wissen. Alleen het hart wordt door zijn zuster Minerva bewaard om de woede van haar vader te temperen.

Bij de beoordeling van de vertalingen heeft de commissie de hulp ingeroepen van een expert op dit gebied, Vincent Hunink. Voorafgaand aan zijn beoordeling had hij een paar opmerkingen:
“De geselecteerde passage is nogal bruusk gesneden uit een groter geheel. Aan de tekst vooraf gaan enkele zinnen ter inleiding op het onderwerp. Deze zijn eigenlijk nodig voor een goed begrip. Aan het einde is sprake van een actie van Minerva - zij bewaart het hart van de jongen-. Voor goed begrip van dit deel was extra informatie handig geweest. Pas verderop in de tekst blijkt namelijk dat het hart als een soort reliek in een standbeeld ter ere van Liber wordt opgenomen”.

De Klassieke Olympiadencommissie heeft besloten dit jaar een prijs toe te kennen aan een classicus en aan een niet-classicus.

De vertaling van de winnaar in de categorie classici: Guido Kuijper
“Levendige correcte vertaling in sprankelend Nederlands. Fraaie vondsten, bv voor “een menselijk lijk als maaltijd, een tot dan toe ongehoorde primeur.” Positief punt: structurering van de vertaling middels alinea’s Zeer positief punt: de vertaler heeft beide onvolkomenheden van de opgave als probleem onderkend en er bovendien een prima oplossing voor gevonden. In het tweede geval door een flinke ingreep in de vertaling niet te schuwen: ”Hoewel ze zelf medeplichtig was aan het vergrijp, wilde ze de zaak namelijk verraden”. Dat is in mijn ogen een volstrekt legitieme toevoeging om de logica van de tekst te behouden. Dat een minder drastische ingreep mogelijk was geweest ( bv “De zuster van Liber, die Minerva heette (ja, ook zij had meegedaan aan die misdaad), bewaarde…”) doet daaraan niets af. De vertaler bewijst zich in mijn ogen ook door zijn zorg voor de lezer, blijkens de aandacht voor de coherentie en logica van het verhaal: de ingreep aan het einde getuigt van inzicht en durf. Twee niet onbelangrijke eigenschappen voor een vertaler”.

De winnende vertaling van de niet-classicus: Christiaan van Andel Steenwijk
Deze bevat een aantal mooie vondsten. Een voorbeeld: Om te beginnen kocht ze de bewakers om met vorstelijke beloningen en geschenken, daarna posteerde zij haar handlangers, die Titanen genoemd werden, in de binnenvertrekken van het paleis en met een rammelketting en een kunstig gemaakte spiegel wist zij de kinderlijke onbevangenheid van de jongen zo te strikken, dat hij de koninklijke kamers verliet en door zijn jongensachtige nieuwsgierigheid naar de plek des onheils werd geleid. Met een zin als deze betoonde de heer van Andel zich een creatief vertaler, die uitstak boven de andere vertalers en dus de prijs ten volle verdient.

Hieronder leest u de vertalingen van de winnaars:

"Goed; Liber was de zoon van Jupiter - dat wil zeggen: van de koning van Kreta. Deze Liber was ontsproten uit een buitenechtelijke relatie en werd door zijn vader met grotere toewijding gekoesterd dan gepast was. De echtgenote van Jupiter, Juno genaamd, beraamde allerlei plannen om het kind uit de weg te ruimen, ontvlamd als zij was in stiefmoederlijke nijd.

Op een dag ging Jupiter op reis. Omdat hij de verbeten wrok van zijn vrouw doorzag, stelde hij zijn zoon onder de hoede van bewakers die hij daartoe geschikt achtte; zo zou er van kwade plannen van zijn vrouw niets terecht komen - dacht hij…

Toen zag Juno haar kans schoon; dat de vader bij zijn vertrek zowel zijn scepter als zijn troon aan de jongen had toevertrouwd, had haar felheid nog doen oplaaien. Eerst kocht zij de wachters om met vorstelijke beloningen en geschenken. Daarna stelde zij haar lakeien - de Titanen - op in de binnenste vertrekken van het paleis.

Met rinkelende belletjes en een kunstig gemaakte spiegel wekten ze de interesse van het jongetje, zozeer dat hij de koninklijke troon verliet en door zijn kinderlijke nieuwsgierigheid in de val gelokt werd. Hij werd gegrepen, vermoord en in stukken gesneden. De troep lakeien verdeelde de lichaamsdelen onder elkaar om elk spoor van de moord uit te wissen. Daarna werd op deze misdaad nog een andere gestapeld: zeer beducht voor de wreedheid van de tiran, kookten ze de verschillende lichaamsdelen van de jongen en aten die op - een menselijk lijk als maaltijd: een tot dan toe ongehoorde primeur.

De zuster van Liber, die Minerva heette, kreeg het hart toebedeeld en bewaarde het. Hoewel ze zelf medeplichtig was aan het vergrijp, wilde ze de zaak namelijk verraden. Het hart moest haar daarbij dienen als bewijs, en tegelijkertijd had ze iets in handen om de razernij van haar woedende vader te temperen.

Toen Jupiter was teruggekeerd, onthulde zijn dochter hem de toedracht van de misdaad." Guido Kuijper

"Liber was namelijk een zoon van Jupiter, de koning van Kreta. Geboren uit een overspelige moeder werd hij bij zijn vader met buitensporige zorgzaamheid grootgebracht. De echtgenote van Jupiter, die Juno heette, smeedde, in de woede van haar stiefmoederlijke hart ontstoken, listige plannen die hoe dan ook tot de dood van het kind moesten leiden. Toen zijn vader vertrok voor een buitenlandse reis, vertrouwde hij, omdat hij zich bewust was van de stille veenbrand in het hart van zijn vrouw, zijn zoon toe aan de zorg van bewakers die hem daarvoor geschikt leken, om te voorkomen dat ook maar enige list van de boze vrouw zou kunnen slagen. Maar dat was voor Juno het geschikte moment om toe te slaan, waarbij haar woede des te meer was opgevlamd, omdat de vader bij zijn vertrek de koninklijke zetel en scepter aan de jongen had overgedragen. Om te beginnen kocht zij de bewakers om met vorstelijke beloningen en geschenken, daarna posteerde zij haar handlangers, die Titanen genoemd werden, in de binnenvertrekken van het paleis, en met een rammelketting en een kunstig gemaakte spiegel wist zij de kinderlijke onbevangenheid van de jongen zo te strikken, dat hij de koninklijke kamers verliet en door zijn jongensachtige nieuwsgierigheid naar de plek des onheils werd geleid. Daar werd hij gegrepen en vermoord. En om elk spoor van de moord uit te wissen, werden zijn lichaamsdelen een voor een afgesneden en door de bende handlangers onder elkaar verdeeld. En toen, om op deze misdaad nog een andere te stapelen, kookten zij op verschillende manieren de lichaamsdelen van de jongen gaar en verslonden deze, zo bang waren zij voor de wrede wraak van de heerser, met het gevolg dat zij zich te goed deden aan het tot op die dag ongehoorde maal van een menselijk lijk. Zijn zuster, die Minerva heette, bewaarde een stuk van zijn hart dat haar was toebedeeld, omdat zij ook zelf een aandeel in de misdaad had gehad zodat er zowel een duidelijk bewijs zou zijn voor háár aanklacht, als om een middel te hebben waarmee zij de onstuimige woede van haar vader zou kunnen bedaren. Na diens terugkeer onthulde zij aan Jupiter de toedracht van de misdaad." Christiaan van Andel Steenwijk

De winnaars mogen voor 100 euro per persoon een keuze maken uit het aanbod van de Historische Uitgeverij. Ook hebben zij een trofee ontvangen.


10-05-2016

Vertalen is een mooi en uitdagend vak. Zelfs wanneer het een lastige tekst uit de Phalaridis Epistolae betreft. Dit ondervonden de deelnemers van de Griekse Klassieke Olympiaden begin 2016. Maar met dezelfde problemen werd al tweeënhalve eeuw eerder geworsteld. Toen, begin jaren tachtig van de achttiende eeuw werd namelijk deze tekst ook al onder handen genomen. En wel door de in Groningen woonachtige professor Johannes Daniel van Lennep.

Van Lennep was namelijk verantwoordelijk voor de editie van de brieven van Phalaris, uitgegeven in het jaar 1777. Hierin was ook een vertaling van de teksten door de Engelse geleerde Bentley opgenomen. Deze Bentley vertaalde de teksten naar het Neo-Latijn. Omdat Johannes van Lennep ernstig ziek werd, werd het boek Phalaridis Epistolae door zijn voormalig leermeester Valckenaer afgemaakt en bezorgd.

Om kort te gaan, het boek Phalaridis Epistolae werd dus na de dood van van Lennep uitgegeven door Jacob Bolt, in 1777, en ook in Groningen. Waarschijnlijk is het boek ook gedrukt en verkocht in de Martinistad. Althans, dit vermoeden we, omdat er van het boek grote vellen - niet gesneden - papier zijn overgeleverd, die om een of andere reden het stadium van boek nooit hebben gehaald.

Het zijn deze boekenvellen die van Lennep en Valckenaer in 2015 weer even uit de vergetelheid haalden. En niet omdat ze in een archief of bibliotheek werden aangetroffen, maar omdat zij op een bijzondere plaats tevoorschijn kwamen. Namelijk in het pand Herestraat 67 in Groningen. Om precies te zijn: geplakt op de jute betengeling van een binnenmuur van de voorkamer van de eerste verdieping van het pand. Daar, onder maar liefst zes lagen behangpapier werden zij begin 2015 gevonden door de bouwhistoricus van de gemeente Groningen, dhr. Taco Tel.

Het pand Herestraat 67- voor degenen die Groningen een beetje kennen- tegenover de HEMA - werd namelijk in die tijd verbouwd en vergroot. Deze verbouwingen zijn hét moment om de bouwgeschiedenis van een pand te achterhalen, omdat dan (delen) van het pand gestript worden zodat oudere bouwsporen tevoorschijn kunnen komen. Je kunt dan de bouwgeschiedenis van een pand goed aflezen.

De Groningse bouwhistoricus kon de eerste bouw van het huis terugbrengen tot het jaartal 1382, waarna het vele keren werd verbouwd en aangepast. En onze bijzondere aandacht treft dan de bouwsporen uit de achttiende eeuw in de voorkamer op de eerste verdieping van het huis. Deze voorkamer is in de achttiende eeuw heringedeeld, met aanpassingen uit de 19e eeuw. Onder meer werd in deze voorkamer tweehonderd jaar geleden een nieuw behangetje aangebracht. En op dit behang zouden nog zes nieuwe lagen volgen. Men wil tenslotte ook wel eens een fris modern wandje. De zes lagen behang - waaronder een met een bijzonder jugendstil-motief werden zorgvuldig afgepeld, en een gedeelte ervan werd meegenomen. Dit dus inclusief de onderste laag behangpapier: dus de teksten van de Phalaridis, die als ondergrond voor het behang hadden gediend.

Omdat de boekenvellen ineens onderdeel maakten van een bouwhistorisch onderzoek, werden zij voorzichtig van hun plaats gelicht en vervolgens nader onderzocht. Want wat moesten die vellen daar en wat stond er eigenlijk op? De Griekse letters nodigden natuurlijk uit tot nader onderzoek, en met enige moeite kon de verbinding met het boek van van Lennep worden gelegd.

Misschien betreffen deze boekenvellen een misdruk. Omdat zij redelijk fragmentarisch zijn overgeleverd, is dat niet meer te achterhalen. Maar het belangrijkst is dat de vellen hierdoor een tweede leven hebben gekregen, namelijk als grondpapier op een jute bespanning in een vooraanstaand pand in Groningen. Het lijmen van papier op een jute betengeling is overigens niet ongebruikelijk, maar meestal werden hiervoor oude kranten gebruikt. Maar de boekenvellen waren wat steviger en boden een mooie ondergrond om verder op te behangen. Het boek Phalaridis Epistolae van van Lennep heeft daarmee andere zaken aan het licht gebracht: zij geven een mooie terminus ante quem datering aan de onderste laag van het behangpakket, dat dus ná 1777 (het jaar van uitgave) moet zijn aangebracht. En als het zo is dat zij kort na 1777 zijn aangebracht, dan is dit een van de eerste voorbeelden van het gebruik van jute betengeling in Nederland. De binnenmuur waarop de vellen geplakt waren sloot bovendien logisch aan op de muurdam tussen de vensters van de voorgevel. En dit zou betekenen dat de herindeling van de bovenverdieping tegelijk met het heroprichten van de gehele voorgevel heeft plaatsgevonden. We weten in ieder geval dat de voorkamer op de eerste verdieping van het in aanleg veertiende-eeuwse pand in de achttiende eeuw moet zijn heringedeeld.

Zo kwamen de boekenvellen zijn na ruim tweehonderd jaar op een bijzondere wijze weer aan het licht inspireerden aldus het (vertaal)onderwerp van deze Klassiek Griekse Olympiaden.

Over nu naar de tekst: zoals Bentley zich ruim tweehonderd jaar geleden zich vol toewijding van zijn vertaaltaak heeft gekweten, hebben ook de winnaars deze Olympiade Grieks dit gedaan. Volgens het juryrapport onderscheiden de winnende vertalingen zich namelijk door 1) vlotheid van taalgebruik, 2) helderheid van zinsbouw en 3) consistentie in gedachtegang, waardoor de logische samenhang van de tekst verreweg het duidelijkst tot zijn recht komt. Verder beschikt de onze classicus-winnaar ook over durf. Hij is namelijk niet beducht is om de gegeven aantekeningen waar nodig aan het gewenste taalregister aan te passen. Zo gebruikte hij voor συγκατατάττω het toepasselijke “over één kam scheren” i.p.v. “op één lijn stellen” en voor οἱ προσπολιευομένοι het ironische “mensen om jullie zaken op te knappen” i.p.v. “medebestuurders”.

Ook in de categorie niet-classici gaf de vlotheid van vertaling de doorslag. Als voorbeeld kan hier het mooie ‘komt dan met wat kandidaten uit jullie midden op de proppen’ genoemd worden. Vlot, helder, consistent en gedurfd dus. Maar ook creatief. Zo worden een mooi allitererend hendiadys (“dwingende domheid”) gebruikt. Waar de begrijpelijkheid erom vraagt, wordt er ook geïnterpreteerd (bijv. “muzen” i.p.v. het gebruikelijkere en vagere “godinnen”).

Hulde dus voor onze winnaars, die zich vastbeten in de tekst van de Phalaridis Epistolae. Van Lennep zou trots op jullie zijn geweest. Voor de vertaling van de teksten in de categorie niet classici mag ik daarom feliciteren: dhr. Alfons de Smet. En in de categorie classici, waar zelfs een dubbelslag is geslagen heb ik begrepen, mag ik daarom feliciteren: dhr. Guido Kuijper.

Hieronder leest u de vertalingen van de winnaars:

"Aan de burgers van Himera
Burgers van Himera, ik heb Stesichoros vrijgelaten. Ik heb hem vrijgesproken van alle verwijten die hij als burger tegen mij heeft geuit. Ik heb mij daarbij niet laten leiden door jullie denkbeelden – had ik dat wel gedaan, was hij immers niet één maal, maar vele malen omgekomen. Nee: ik heb hem vrijgelaten omwille van de muzen, door wie hij bezeten is, en omwille van welke goden en heroën ook maar het land van Himera bewonen. Hén heb ik niets te verwijten, júllie des te meer. En jullie weten ook zelf wat voor kwaad hij heeft geprobeerd aan te richten. Ik deinsde er echter voor terug een heilige man, beroemd om zijn wijsheid en de muzen waarlijk toegewijd, over één kam te scheren met de smeerlap en geilaard Konon en hem ter dood te brengen. Och, was ik maar bij machte dat soort mensen ook voor het Lot te behoeden! Daarbij gelast ik jullie met de grootst mogelijke nadruk, burgers van Himera, om hem niet aan te zetten tot onbesuisde en smakeloze acties zoals hij recent heeft ondernomen. Want, naar ik vernomen heb van mensen die uit Alaisia waren gekomen, geeft hij zich niet uit eigen beweging hieraan over, maar omdat hij geen weerstand kon bieden aan jullie dwingende domheid. Stop dus hem te pressen, en gebruik mensen die geschikter zijn. Laat Stesichoros ongemoeid, en laat hem zich bezighouden met zijn lier. Jullie moeten ook tegen mij geen tegenstanders opjutten die op hem lijken; wellicht ben ik niet zo begripvol als tegenover hem. En áls jullie dan per se mensen nodig hebben om jullie zaken op te knappen, kies dan uit jullie midden andere mensen; lieden die ik, als ik ze gepakt heb, naar mijn believen en met jullie zegen, zonder enige gewetensnood zal afmaken." Guido Kuijper

"Aan de burgers van Himera
Wij lieten Stesichoros gaan, o burgers van Himera, omdat we hem hebben vrijgesproken van de aanklachten, die vallen onder de tegen ons gerichte gedragingen van burgers, niet omdat jullie dit een goede zaak achten, daar hij, als het naar jullie gegaan was, vaak ter dood gebracht was, niet slechts éénmaal, maar wij stelden hem in vrijheid omwille van de godinnen, van wie hij bezeten is, wij en alle goden en helden, die regeren over het land en de stad Himera; want hén kan ik helemaal niets verwijten, jullie daarentegen heel wat. Ook zelf weten jullie, op welk een verderfelijk dichtwerk hij zich had toegelegd. Maar huiver weerhield me ervan om de boven de aardse dingen verheven man, de ook om zijn wijsheid vermaarde, ook op de Muzen in waarheid geheel vertrouwende man, op één lijn te stellen met de zedeloze en een losbandig leven leidende Konon, en hem, na hem op de pijnbank te hebben gelegd, ter dood te brengen; hoezeer wenste ik, dat het mogelijk was, dat ik het ook wat het leven en lot van zulke mannen betreft, voor het zeggen had. Ook jullie vraag ik met klem zo ruimdenkend te zijn als maar kan, o burgers van Himera, en hem niet voor het gerecht te slepen door hem aan te klagen wegens handelwijzen, die, ten opzichte van wat burgers zich hier op politiek gebied nog net mogen veroorloven, uit de toon vallen en grensoverschrijdend zijn. Hij stelt zichzelf trouwens ook niet uit vrije wil ter beschikking van het gerecht, zoals ik verneem van hen, die in Alaisa aankomen, maar omdat hij minder sterk is dan jullie geestelijk onvermogen en brachiaal geweld. Houdt er dus mee op geweld tegen hem te gebruiken en werkt met de meer geschikte middelen: laat Stesichoros de rust en de tijd om zich te wijden aan de dichtkunst, die hém eigen is; en maakt zijn vijanden niet gelijkwaardig aan mij, die daar vermoedelijk niet in dezelfde mate als hij voordeel van zullen ondervinden. Als jullie onverkort behoefte hebben aan medebestuurders, komt dan met wat kandidaten uit jullie midden op de proppen, verschillend aan dat soort lieden, die ik, nadat ik ze gevangen heb laten zetten, wanneer de lust daartoe mij zal bekruipen, en ik jullie daarmee toevallig een plezier doe, zonder maar enigszins voor een god beducht te hoeven zijn, een kopje kleiner zal maken." Alfons de Smet


10-05-2016

Heracles op de Driesprong
Verslag Finale Klassieke Olympiaden Grieks, 9 april 2016

De Grieken hielden van helden, en de allergrootste held was natuurlijk Heracles. In de oudheid werd Heracles niet alleen geroemd om zijn lichaamskracht, maar ook om zijn verstand, ingetogenheid en doorzettingsvermogen. Heracles was dus niet alleen het voorbeeld voor atleten en krachtpatsers, maar ook voor filosofen. Op een belangrijk moment in zijn leven had hij immers de juiste beslissing genomen, toen hij moest kiezen tussen twee vrouwen met betekenisvolle namen: Aretê en Eudaimonia, die ook wel Kakia wordt genoemd... De eerste vrouw was bescheiden, verstandig en ingetogen, en ze droeg een wit gewaad. De tweede vrouw was vlezig, verleidelijk, schaars gekleed, en opgemaakt; met haar wijd opengesperde ogen bekeek ze voortdurend zichzelf.

In de Memorabilia zegt Xenophon dat Socrates het verhaal van Heracles op de tweespong vertelt zoals hij het van de sofist Prodicus had gehoord. Socrates vertelt het verhaal aan Aristippus, een hedonist, die met het verhaal wordt aangemoedigd om voortaan een goed en deugdzaam leven te leiden. Of het verhaal bij Prodicus ook zo’n eenduidige boodschap had (kies voor Deugd!) weten we echter niet: het is goed mogelijk dat de vrouwen bij Prodicus twee gelijkwaardige alternatieven representeerden; voor elk van beide keuzes valt immers wel het een en ander te zeggen.

De drie finalisten van de Klassieke Olympiaden 2016, Victorine Buiten, Imme Laseur en Lisanne Overduin, werden ieder een half uur mondeling ondervraagd over deze spannende tekst van Xenophon. Zij moesten niet alleen een substantieel gedeelte van de tekst in het Nederlands vertalen, maar ook vragen beantwoorden over de filosofische, taalkundige en retorische aspecten van het verhaal. Welke argumenten gebruiken de twee vrouwen? Hoe worden zij gekarakteriseerd? Welke betekenis heeft het dat de sofist Prodicus, de uiteindelijke bron van het verhaal, gespecialiseerd was in semantiek en het onderscheiden van woordbetekenissen? Bovendien toverden de juryleden nog een konijn uit de hoge hoed: een paar beroemde verzen uit Hesiodus’ Werken en Dagen, waarin twee paden worden beschreven: het steile en lange pad omhoog, en het vlakke, korte pad dat naar slechtheid leidt. De kandidaten werden uitgenodigd te reflecteren over de mogelijke intertekstuele verbanden tussen Hesiodus en Xenophon. Ten slotte was er ook aandacht voor de keuze van Heracles: is het eigenlijk wel zo duidelijk welke keuze hij moet maken? Is er niet óók iets te zeggen voor het ‘slechte’ levenspad? Over deze kwestie verschilden de kandidaten duidelijk van mening met elkaar.

De tweekoppige jury had dan ook een zware middag. Niet twee, maar drie indrukwekkende vrouwen stonden voor hen: de juryleden begrepen plotseling waarom het voor Heracles zo lastig was geweest om de juiste keuze te maken. Op het spel stond nu bovendien niet alleen maar een goed, deugdzaam en gelukkig leven, maar veel meer dan dat: de eeuwige roem die verbonden is aan het winnen van de Klassieke Olympiaden. De jury was — dat moge duidelijk zijn — zeer tevreden over de kwaliteit van de drie kandidaten. Uiteindelijk werd besloten om de eerste prijs toe te kennen aan Imme Laseur; de tweede prijs ging naar oud-winnares Lisanne Overduin, en de derde prijs naar Victorine Buiten. De hartelijke gelukwensen gaan uit naar deze drie getalenteerde en retorisch begaafde finalisten; en natuurlijk ook naar hun inspirerende docenten.